donderdag 25 mei 2023

 JAN PUTTENEERS

Antwerpse & Planetaire Projecten

(1968 - 1973)


Vacuum Gallery, Antwerp 1970.

26 mei - 11 juni 2023

opening vrijdag 26 mei 2023 vanaf 19u

nocturne vrijdag 9 juni 18-22u

publicatie 'Jan Putteneers' door Frank Heirman

galerie S&S
Gijselsstraat 60, 2140 Antwerpen (Borgerhout)
galeriesns@hotmail.com

za en zo van 14-18u



dinsdag 25 oktober 2022


Andy Warhol

The Minnebach Collection
(From Ads to Books and Back Again)



28 oktober - 20 november 2022
za en zo van 14-18u (of na afspraak)

opening
vrijdag 28 oktober 2022 vanaf 19u

publicatie
'Andy Warhol/The Minnebach Collection'
door Guy Minnebach

galerie S&S
Gijselsstraat 60 - 2140 Antwerpen
galeriesns@hotmail.com

maandag 6 mei 2019

Walter Vanermen

Walter Vanermen

De stille kracht van G58

Het is weinig bekend maar de allereerste en wellicht belangrijkste voorzet tot de oprichting van de kunstenaarsgroep G58 werd door Walter Vanermen (1932-2002) gegeven.

Op 27 februari 1957 schreef hij aan schepen voor Schone Kunsten John Wilms een goed uitgewerkte brief: “Enkele jonge schilders o.a. Herman Denkens, Jef Verheyen, Comhair, Jef Kersting zoeken een mogelijkheid om voordelig te exposeren. /…/ Voor deze jongeren, die nog hun weg zoeken, is het moeilijk om in Antwerpen een gelegenheid te krijgen om tentoon te stellen.”

Hij krijgt positief advies. De kunstenaarsgroep krijgt de beschikking over het leegstaande Middelheimkasteel.

Vanermen toonde zijn belangrijkste werken tijdens de groepstentoonstellingen van G58,waarbij z’n “fraaie matière-effecten” de twee belangrijkste critici van het moment weten te bekoren.
Ivo Michiels, zoals bekend boezemvriend en promotor van Jef Verheyen, stelde in zijn recensie voor de openbare omroep: “het midden op het doek geplaatste vlak is ruw en korstig, de achtergrond eromheen spiegelglad en vol subtiele kleurspelingen.”
Marc Callewaert oppert met René Guiette nog een andere inspiratiebron. “Vooruitgang tegenover zijn vroeger werk maakt Vanermen waar hij fraaie matière-effecten bereikt, soms van een Guiette-achtige ruigheid”. Hij noemt de centrale vormen “massief en haast met sculpturale densiteit.
In 1960 wordt Vanermen verrassend laureaat van de prestigieuze Prix Jeune Peinture, een titel die hij deelt met collega G58’ers Paul Van Hoeydonck en Bert De Leeuw.
Een kleine serie nieuwe schilderijen die hij eind 1961 klaar had, zou hij nooit kunnen tonen.
Maurits Bilcke die deze ‘sponsschilderijen’ gelukkig  opmerkte, maakte er uitdrukkelijk  gewag van in het standaardwerk  ‘Abstracte Schilderkunst in Vlaanderen’, in 1963 uitgegeven door het Mercatorfonds onder supervisie van Seuphor.
“De laatste doeken van Vanermen zijn heel wat lyrischer en dynamischer geworden. Men zou kunnen zeggen dat hij met een enorme spons op het doek de wentelende gebaren maakt van de glazenwasser, na deze spons in een bruin vocht te hebben gedoopt. Wij zien in deze wentelende gebaren de fanatieke wil tot zelfkennis en tot kennis der matière en tevens de wens deze matière te dwingen naar hand en geest”.
Deze ‘sponsschilderijen’ worden nu voor het eerst getoond, samen met een reeks matière-schilderijen en tekeningen.
Frank Heirman

donderdag 25 oktober 2018

Jean Groenen

Profiles




vrijdag 23 februari 2018

ANTWERP IS HAPPENING!


dinsdag 21 november 2017

Taptoe, Celbeton, Drieghe, Raaklijn, Contramine, ...


dinsdag 3 oktober 2017

MARC VANDERLEENEN
The Ellipsis



Marc Vanderleenen of waarom het onaffe en ongeduide interessanter is

Voor zijn tentoonstelling bij S & S Galerie focuste Marc Vanderleenen (1952) zich een zomer lang op onooglijke  schetsjes die hij snel maakte van modellen tijdens de schilder- en tekenklas  op het RHoK in Etterbeek, waar hij doceert. Niet dat de vingeroefeningen als leidraad dienden, ten hoogste als prikkel.  

Schilderen is voor Vanderleen geen strategische onderneming. Hij behoort noch tot de conceptuele schilders die eens ze het intellectuele beeld gevonden hebben aan de uitwerking kunnen beginnen. Evenmin schaart hij zich in het kamp van de estheten die een oeuvre opbouwen volgens vooraf ontwikkelde vormideeën.

Hoe Vanderleenen dan wel te werk gaat? Wanneer hij aan een doek begint, meestal bescheiden van formaat passend bij zijn karakter, is de eindmeet nergens in zicht. In vage houtskooltrekken geeft hij enkele contouren aan, in dit geval dus geïnspireerd op schetsoefeningen van modellen. Meteen de start voor een onbestemde trip in vooral groen en blauw, in een mistgordijn van voor- en achtergrond.  De pose, want een afgewerkte figuur wordt het nooit, groeit vanuit een grondlaag, vaak roze of soms oker. Tegelijk ontwikkelt de achtergrond zich eigenhandig. Als Marc Vanderleenen strop zit, schildert hij wolken, of bomen.  De meeste schilderijen eindigen als ‘figures in a landscape’, zonder dat de persoon of het landschap zich prijsgeven. 
Al schilderend doemen mogelijkheden op. De verf geeft de richting aan. Een neus valt groot uit en doet plots denken aan ‘The ellipsis’ van Magritte, een boertig schilderij met een neus als een geweerloop. Uit een andere aanzet maakt een vooroverbuigende gedaante zich los, verloren gelopen uit een groep baders van Cézanne. Soms blijkt de associatie (nooit citaat) pas veel later, zoals een ineen gegroeide hand en wolk, waar ook Philip Guston eens op stuitte.
“Een doek is altijd interessanter als het onaf en ongeduid blijft”, houdt Vanderleenen al 25 jaar consequent aan. Nooit uitgewerkte versieringen of gedachten, enkel schilderen wat mogelijk is.
Frank Heirman






Zeefdruk "The Ellipsis" (20 ex., 80 euro)


Publicatie "The Ellipsis"

Publicatie "The Ellipsis"